Bijzondere tuinen
Nooit meer weg uit parel in de Randstad'

Gert en Bea Hulleman waren op zoek naar een huis met een grote tuin en vonden zo'n vijftien jaar geleden in Zegveld precies iets dat helemaal naar hun zin was. Nadeel was wel dat de tuin bestond uit een chaos van brandnetels en een oude, scheefgezakte schuur. Ze hadden geen vooropgezet plan hoe de tuin aan te pakken of wat het eindresultaat diende te zijn. Wel hadden zij een wensenlijstje; boomgaard, stukje bos, kleurrijke borders, zithoekjes en ruimte voor verwildering met bijvoorbeeld oude boomstronken en dakpannen en... zevenblad.
Beetje bij beetje
Het stuk het dichtst hij het huis werd het eerst aangepakt en zoetjes aan werd er zo naar achteren toe gewerkt. „Beetje bij beetje ontstond, eigenlijk meer op gevoel, een tuin," zegt Bea.De beplanting werd aan Bea overgelaten omdat zij opgroeide in een hoveniersfamilie en dus veel kennis in huis heeft over de bloeitijd, hoogte en de perfecte locatie voor een plant. Zon, halfzon of schaduw; zij weet het uit haar hoofd. „Na zo'n zes jaar bereikten we het einde van de tuin, grenzend aan de brede sloot en daarachter het weidelandschap."
Om de basis aan te kleden, werd door het echtpaar een scala aan 'krijgertjes' aan de tuin toegevoegd. „Tegels, grind en tuinstoelen maar ook veel planten kregen we van allerlei kennissen." Het eindresultaat na een paar jaar intensief in de tuin werken, stemt beiden heel tevreden. „We zijn blij met de tuin zoals het nu is."


Ietwat ordeloos
De tuin is beslist niet volmaakt. De grond loopt hier en daar scheef, het is een mix van zowel rechte lijnen als ronde contouren en de borders zijn een explosie van kleuren. Oude bomen staan uit het lood maar mogen blijven. „Het mag best rommelig overkomen," vindt Gert. „Dat geeft een zekere charme. Als je maar wel kan zien dat er zorg aan wordt besteed."
Favoriet
In mei en juni is de tuin op z'n mooist want dan bloeien de papavers en klaprozen, een favoriet van Gert. Deze plant bestaat zowel als vaste en als eenjarige soort. Sommige exemplaren hebben een prachtige, dubbele bloeiwijze en komen op de meest onverwachte plekken op. Na de bloei zijn de bolle zaaddozen bovendien nog heel decoratief.
Ontspanning en plezier
„We horen vaak dat het veel werk is, zo'n grote tuin," zegt Gert. „Maar wij zien het niet als werk maar als ontspanning, een fijne hobby. Het is gewoon heerlijk om buiten te werken. En tuinieren is ook zo veelzijdig: snoeien, hout kloven, maaien, onkruid wieden, sloten baggeren. Je moet geen slaaf van je tuin zijn, je moet er van genieten." En dat doen deze Zegvelders. Er wordt niet alleen gewerkt met plezier, de tuin is ook veelvuldig de locatie voor picknicks en barbecues.
Voor het vertrek wil Gert nog graag wat toevoegen aan het artikel. „We wonen in de Randstad maar kijk om je heen wat een ruimte. Het is geweldig wonen hier in het Groene Hart met deze heerlijke tuin. Ik wil hier niet meer weg." Geef hem eens ongelijk... Dit is een parel in de Randstad.
Open tuindagen
Tijdens deze Open Tuinendagen zijn alle hekken geopend voor het publiek. „Onze tuin was nog niet eens af toen de organisatie ons vroeg om ook deel te nemen," vertelt Bea. De sfeervolle tuindagen staan voor 2011 een keer niet op de agenda, om de bewoners een jaartje pauze te gunnen. De tuin vraagt in die periode veel aandacht en het moet er toch perfect uitzien als je zo veel gasten krijgt." Er wordt nog beraadslaagd of en welke vorm het volgend jaar wellicht weer plaats zal vinden.

Bron: Groene Hart Leven - juli 2011

Acht maanden cel voor in brand steken van tent

ZEGVELD - Omdat hij in Zegveld een tent in brand probeerde te steken waarin een vader met zijn dochter en een vriendinnetje sliep, is de 20-jarige Zegvelder S. de B. door de Utrechtse rechtbank veroordeeld tot acht maanden celstraf, waarvan de helft voorwaardelijk.
Op 24 april ging De B. naar huis na een avond stappen. Hij passeerde een tent waarin een vader en zijn 7-jarige dochter een logeerpartijtje hielden met een vriendinnetje van het kind. 'Uit baldadigheid' hield De B. een aansteker bij de tent. De rechtbank achtte bewezen dat hij levensgevaar had laten ontstaan voor de mensen in de tent.
Niet bewezen vond de rechter dat De B. een van de meisjes ontuchtig had betast. Toen hij hoorde dat er mensen in de tent lagen, was hij de tent ingegaan. De rechtbank vond bewezen dat hij het meisje daarbij in haar kruis had geraakt. Maar zij vond dat niet uit te sluiten was dat hij dat per ongeluk had gedaan, zoals hij zelf had gezegd.
Naast zijn straf moet De B., die een blanco strafblad heeft, contact houden met de reclassering en enkele trainingen volgen. Ook moet hij in totaal bijna tweeduizend euro schadevergoeding betalen aan de drie gedupeerden.

Bron: AD Woerden 23 juli 2011

De Halve Maan nu levendig eetcafé

Jarenlang leidde café De Halve Maan, zo halfweg Bodegraven en de Woerdense Verlaat, een tanend bestaan. Was het nu wel of niet open? Passerende wandelaars en fietsers klopten vaak tevergeefs aan. Maar dat is nu anders.
Sinds 1 juli is De Halve Maan, pal naast de kerk, weer fris en fruitig. Rieten stoeltjes, een vers plantje op de tafeltjes buiten. Binnen een biljart, een toog, wat oude schilderijtjes en tegels met de bekende wijsheden aan de muur en een hyper modern Italiaans koffie-apparaat. Vanaf tien uur 's ochtends tot negen uur 's avonds kun je hier terecht voor een kop goede koffie met iets lekkers. „Vandaag hebben we appeltaart, stroopwafel of een mergpijp."
Je kunt er lunchen en ze hebben een kleine dinerkaart. Tot negen uur 's avonds kun je er ook een daghap eten. „Vandaag hebben we bijvoorbeeld sateh, frites en sla", meldt de nieuwe uitbaatster. Samen met een collega is Elly van Hanswijk de uitdaging aangegaan om van De Halve Maan weer een levendig middelpunt van buurtgemeenschap de Meije te maken. „Dit pand staat op de nominatie om te worden gesloopt. Je zou het zo niet zeggen, maar het is zeer bouwvallig. Er zijn bouwplannen ingediend om het af te breken en dan weer opnieuw op te bouwen. Tot zolang kunnen we het eetcafé hier runnen. In elk geval zitten we hier tot en met september."
Het tweetal, dat elders horecaervaring opdeed, had zes weken de tijd om te beslissen of ze het wel of niet zouden doen, om de boel op te fleuren, te schilderen en weer de loop in de uitspanning te krijgen. En nu zitten er op een zonnige ochtend al zeker zo'n twintig mensen koffie te drinken al of niet met een versnapering. Rond het middaguur vliegen de uitsmijters, de balletjes gehakt en de tosti's de keuken uit. Buurtbewoners komen eens kijken hoe De Halve Maan is opgeknapt en spreken de uitbaatster bemoedigend toe. „We zijn blij dat er weer een beetje leven in de brouwerij is gekomen."
Maar ook wandelaars en fietsers weten, een paar dagen na de opening, de uitspanning te vinden. „En voor elektrische fietsen hebben we hier een oplaadpunt.'"
Op de woensdag na zijn ze alle dagen van de week geopend.

Piet Potlood lijkt wel te wandelen

Als je een bocht omgaat zie je hem steeds weer staan. Piet Potlood is zijn naam. Het is de watertoren die in 1931 werd gebouwd.
Op 365 heipalen verscheen het 57 meter hoge gevaarte, revolutionair in die tijd qua ontwerp en constructie. In de jaren vijftig werd hij wit geschilderd. En vormt zo een markant 'landmark' in deze omgeving. Vliegtuigjes zetten er hun koers op uit en wanneer je door de Meije fietst, lijkt het wel of Piet Potlood aan de wandel is. Dan zie je hem rechts, dan links staan. Dat komt natuurlijk omdat het veenriviertje zo kronkelt.
Tot in de jaren dertig van de vorige eeuw gebruikte men het water uit de Meije als drinkwater. Sommigen filterden het, anderen dronken het zó. Niet zo fris, als je bedenkt dat koeienmest en menselijke uitwerpselen rechtstreeks in de Meije terecht kwamen, omdat er geen riolering was.
In 1926 werden de eerste plannen gesmeed om het Bodegraafse waternet tot in de Meije door te trekken. Om genoeg druk te kunnen realiseren moest er een extra watertoren worden gebouwd. Piet Potlood werd in 1932 in gebruik genomen.
Het is trouwens overduidelijk waaraan hij zijn naam te danken heeft, want hij lijkt met die punt inderdaad precies op een potlood.
Piet Potlood speelt een cruciale rol in de Meije. Hij is een symbool, een herkenningspunt en wordt bovendien gebruikt als logo van de campagne tegen het onder water zetten van de polder.
Want op elk huis in de Meije prijkt het affiche met een bleek-rode Piet Potlood waarop de slogan 'Geen kolder in de polder, koeien willen wei' te lezen staat.
De Meije was vroeger namelijk moerasbos, waarop in de loop der jaren veen ontstond. In de elfde eeuw werd dit gebied ontgonnen en vestigden boeren er hun bedrijfjes. Sinds de jaren zestig bestaan er plannen om een deel van het land onder water te zetten, waardoor er weer moeras ontstaat.
En daar is het merendeel van de Meijebewoners tegen. Onder hen de acteur Bram van der Vlugt, die zich sinds jaar en dag inzet voor behoud van het weidelandschap en de boerenbedrijven, want „die zijn essentieel voor het Groene Hart."

Lopen, fietsen, kanoën en nog veel meer

Wie in de Meije belandt, hoeft zich absoluut niet te vervelen. Het aantal wandelingen, fietsen kanotochten is bijna eindeloos.
Bij partyboerderij Meijezicht zijn kano's te huur. Daar kunnen ze tot 55 personen tegelijkertijd van een bootje voorzien. Ook hebben ze al een route uitgestippeld die twee uur duurt en onder meer langs twee sluizen voert die je zelf kunt bedienen. Dan gaat het over de Nieuwkoopse Plassen en weer terug door de Meije naar Meijezicht.
De partyboerderij is op maandag en dinsdag gesloten. Wandeltochten in dit gebied zijn er in overvloed. Links en rechts vind je op bordjes aanwijzingen van het begin van een wandeling.
Fietsen langs het veenriviertje is een tocht op zich, want vanaf Bodegraven tot aan de Woerdense Verlaat is het al bijna 20 kilometer.
Halverwege is - links - de afslag naar Nieuwkoop over een fietspad dat dwars door veen en water voert. Zo is het mogelijk een echt rondje te rijden. In Nieuwkoop zijn bij Plaszicht niet alleen kano's te huur, maar ook fluisterboten en zeilboten.
Wie deze afslag mist kan, na een korte onderbreking bij eetcafé de Halve Maan, ook de afslag naar Zegveld nemen en het rondje Meije aan de oostkant volgen.
Zo'n 2,5 kilometer vóór Woerdense Verlaat is aan je rechterhand de Meijetuin. Vroeger was die geregeld te bezoeken, nu is hij alleen op zondag voor publiek geopend. Maar dan kun je wel de 'lekkerste taart' van de omgeving proeven en de mooie tuin met doorkijkjes naar het open polderland bewonderen.
Bij Hoeve Zorgvliet kun je in het voorjaar met de boer het land in om de nesten van kievitten en grutto's te bekijken. Voorts zijn er fietsen te huur, is een kleine vergaderruimte beschikbaar en kun je terecht voor een echte boerenlunch.
Op de Hollandse Boerderij werden jarenlang regionale wedstrijden polstokverspringen gehouden. Maar dat is niet meer het geval. Wel is de boerderij nu een camping voor trekkers en kampeerders. Ook organiseren ze in de zomer groepsvaartochten naar de Nieuwkoopse Plassen.

De Meije op de bres voor behoud

Het is net of er om elke bocht een nieuw levend schilderij te zien is. Wie er woont is zeer benijdenswaardig: de Meije, een lintdorp tussen Zwammerdam/Bodegraven, Zegveld, Woerdense Verlaat en Nieuwkoop.
Het riviertje De Meije kronkelt er vriendelijk op los. Prachtige vergezichten, niet verstoord door hoogspanningsmasten of flatgebouwen. Slechts groene weiden, af en toe onderbroken door bosschages. Gerestaureerde boerderijen, keurig geschilderde huisjes, een kerkje, een schooltje en een dorpscafé. Een buurtschap voor boeren, burgers en buitenlui. Nog geen duizend mensen wonen er in een omgeving waarin je je altijd op vakantie waant. Langs een riviertje dat pakweg 20 kilometer lang door het landschap slingert.
Geen vuiltje aan de lucht op een mooie zomerdag. Hoewel: er drijven wolken voor de zon: 'Geen kolder, geen moeras in onze polder. Koeien willen wei', staat er huis-aan-huis op aanplakbiljetten te lezen.
Moeras
De affiches zijn wat verbleekt, dus ze hangen er al een tijdje. Agnes Visser, al zo'n dertig jaar in de Meije woonachtig en schrijfster van het boek 'In de Meije': „Ja, ze willen van de polder weer moeras maken. Dat is al sinds de jaren zestig het plan. Het gaat om wat ze tegenwoordig de ecologische hoofdstroom noemen. Dat dieren kunnen 'doorstromen', van het ene gebied naar het andere zonder onderbreking."
Vroeger had de boerengemeenschap het voor het zeggen in de Meije. Van oorsprong een gebied dat nog het meest op de Wadden lijkt, zo beschrijft Visser de streek midden in het Groene Hart.
Maar de kleine boertjes verdwenen van lieverlee en de grond werd opgekocht door Natuurmonumenten. „Die hadden meer geld. In die tijd stonden het boerenbedrijf en natuurinstellingen lijnrecht tegenover elkaar. Althans dat dachten ze. Langzamerhand komt het besef dat ze gemeenschappelijke belangen hebben. Want Natuurmonumenten heeft geen beheerders in dienst. En als de polder niet wordt beheerd, dan wordt het bos."
En met het bos verdwijnen de weidevogels die hier zo talrijk zijn.
Het is kolder, vinden ze in de Meije, dat het hele gebied in de afgelopen jaren werd geannexeerd door biologen en ambtenaren. Visser: „Terwijl de boeren het gebied hebben ontgonnen. Tot in de elfde eeuw was het hier veengebied. Later werd dat ontgonnen en vestigden zich hier agrarische bedrijven. We proberen nu grote boeren hier te houden. En die ecologische hoofdstroom op een smaller stuk te realiseren. De boeren zouden dan de beheerders van de natuurgebieden kunnen zijn. Ze werken nu al mee met weidevogelbeheer, ze weten echt waar ze het over hebben."
Het ziet er overigens naar uit dat de bezuinigingsdrang van het huidige kabinet de verontruste bewoners van de Meije in de kaart speelt. Staatssecretaris Bleker van landbouw voelt weinig voor de economische hoofdstroom. Hij is van mening dat landbouwgebieden al natuur genoeg zijn.
„Dat is te hopen. We zijn al jaren bezig en die aanplakbiljeten hangen er al twee jaar. Er is geen huis in de Meije dat niet een affiche voor het raam heeft."
En daarmee schetst zij precies wat er zo kenmerkend aan de Meije is: het is een hechte leefgemeenschap waarin grote saamhorigheid heerst. Visser: „Er zijn mensen die hier komen wonen en binnen een jaar weer weg zijn. Tja, als je niet van de natuur houdt en op jezelf blijft, niet met je buren omgaat. Het is hier een gemeenschap waarin je elkaar heel na staat. Iedereen helpt iedereen, want je bent van elkaar afhankelijk. Je gaat niet even om de hoek een boodschapje doen, want winkeltjes zijn hier niet."
Het is ook leven met de seizoenen. Het gezin van Agnes Visser is hier opgegroeid en de kinderen moesten verderop naar school, 's Winters kon je weleens ingesneeuwd raken. „Dan was ik eigenlijk een beetje blij, want dan mochten de kinderen wel eens een dagje thuis blijven. Dan hoefden ze niet door weer en wind naar school."
Tegenwoordig wordt de Meije, of liever kortweg Meije, als eerste gepekeld: „Dan rijdt mijn man achter de pekel wagen aan als hij naar zijn werk moet."
Alles in de Meije heet Meije. Als je dus aan iemand vraagt waar hij woont, dan is het antwoord: „Op 38" of „Naast 111". Overigens zijn het niet alleen de kleine boeren die de Meije verlaten, ook jonge mensen trekken weg. Dat heeft alles te maken met de hoge huizenprijzen in dit pittoreske gebied. „Mijn kinderen die nu zelf een gezin hebben, zouden hier dolgraag wonen. Maar het is niet te betalen." Agnes Visser constateert dat er op het 'hoogtepunt' 150 kinderen op het basisschooltje zaten. „Nu zijn dat er nog maar 50." En vroeger waren de boerenkinderen in de meerderheid, tegenwoordig de 'import', kinderen van mensen die hier niet geboren zijn.
„Je ziet de buurtschap verouderen. En wij vragen ons weleens af hoe het moet als we echt oud zijn. Want er zijn hier maar weinig voorzieningen. Misschien dat we van andere buurtschappen kunnen leren. Het gaat erom dat we mensen nodig hebben die willen meedenken over de toekomst. Dat er bijvoorbeeld een medische post komt. En ja, het café dat is een echte buurtvoorziening. Daarom zijn we ook zo blij dat De Halve Maan weer open is."
ANNEMIEK RUYGROK

Bron: Rijn en Veenstreek 13 juli 2011

Op vakantie in de Meije
Varkens van Zwetsloot genieten van uitje

DANIËLLE VERWEIJ
ZEGVELD - Badderen in de modderpoel aan de voet van een boerensloot en veel wroeten in de bagger. Het is niet ieders vakantiewens, maar waarschijnlijk wel die van de drie varkens van de Kamerikse scharrelslager Zwetsloot. Ze zijn op vakantie in De Blauwe Meije.
Het trio woont sinds drie jaar op het erf van de Kamerikse scharrelslager Gerard Zwetsloot. Na de varkens Brutus en Doris, die hij als huisdier had, viel de slager voor drie biggetjes. Die wegen inmiddels 180 kilogram schoon aan de haak. Zwetsloot loopt met ze door het dorp, gaat eens een dagje naar het strand, maar een langer uitstapje zit er niet in. Tot De Meije in zicht kwam.
„Hij is de meiden en jongen hier komen brengen voor de vakantie," vertelt Rebecca de Boer van De Blauwe Meije. „En ze genieten van elke minuut in het weiland." Namen hebben de drie varkens niet, hoewel Rebecca de mannelijke heeft omgedoopt tot "wasbeer'. „Voor de castratie was het een beer," verklaart ze.

De drie moeten hun domein delen met de vaste bewoners van het weiland achter de boerderij; de hond, schapen en de geit met twee nakomelingen. De schapen rennen hard weg zodra de varkens in de buurt komen. Maar de geiten vinden het wel spannend. „Behalve wanneer de vakantiegasten bij hun klimhuisje komen, dat vinden ze minder prettig. Maar ze zijn te bang om er wat aan te doen."
Wat een paar dagen geleden nog gras was, is nu volledig omgeploegd. De drie vakantiegangers worden gevoerd met brokken, maar instinctief blijven ze zoeken naar eetbaar spul tussen de grassprieten. Slapen doen ze onder een afdakje, dat is voldoende voor ze. Hoelang de vakantie duurt, weet De Boer nog niet. „Na een proefweek-endje hebben we met Gerard Zwetsloot afspraken gemaakt voor de vakantie. Misschien blijven ze nog wel een weekje. Het is reuzegezellig hoor, ze
brengen leven in de brouwerij. Voor de varkens is het een ware wellness trip."

Bron: AD Woerden 15 juli 2011

Watergebiedsplan klaar

Zegveld - Het watergebiedsplan in de polder van Zegveld is na jaren van werkzaamheden afgelopen week afgerond. In de loop van de jaren zijn er nieuwe gemalen, stuwen en watergangen aangelegd. Het watergebiedsplan is feestelijk afgesloten, maar er rest nog één laatste project: de aan te leggen bufferzones langs de Bosweg in de gemeente Nieuwkoop.

Bron: AD Woerden 11 juli 2011

Polder Zegveld: grote beurt klaar

Bijna 5 kilometer watergangen, 280 duikers, 180 peilscheidings-constructies en 54 overstortconstructies: dit zijn slechts enkele cijfers die het watergebiedsplan in de polder bij Zegveld kenmerken.       ;

ZEGVELD - Dit project van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, gericht op een duurzaam watersysteem, is na jaren van intensieve werkzaamheden nu afgerond. Deze afsluiting is feestelijk gevierd met de bewoners van het gebied. De polder Zegveld, die zich uitstrekt over een deel van de gemeente Woerden en een klein stuk van de gemeente Nieuwkoop, heeft als het ware een revisie op watergebied gehad. Diverse aspecten van de waterhuishouding zijn aan bod gekomen: er zijn nieuwe hoogwatervoorzieningen, gemalen, stuwen en watergangen aangelegd.

Bovendien zijn er maatregelen getroffen met betrekking tot de onderbemalingen, waterkwaliteit, verdroging in natuurgebieden en berging van piekneerslag. Hierbij moest rekening gehouden worden met de belangen van de landbouw, de natuur en de bebouwing in het gebied. Na acht jaar werk kan er gezegd worden dat het gebied weer op orde is en bestendig is voor de toekomst. Alhoewel het watergebiedsplan reeds feestelijk is afgesloten, moet er feitelijk nog één laatste project uitgevoerd worden. De aan te leggen bufferzones langs de Bosweg in de gemeente Nieuwkoop doorlopen een ander traject met een langere doorlooptijd. Deze bufferzones zijn nodig om wegzijging (neer- en zijwaartse wegstroming van grondwater) vanuit natuurgebied De Haak zo veel mogelijk te beperken. Op deze manier probeert het waterschap verdroging of het inlaten van water met een slechtere kwaliteit te voorkomen. Het waterschap heeft bij dit project vroegtijdig de bewoners van het gebied betrokken. Het waterschap ging immers bij veel mensen letterlijk in de achtertuin aan het werk. Er is dan ook nauw overleg gepleegd in de vorm van bijvoorbeeld bewonersavonden, waarbij de bewoners ook inspraak hadden.

Bron: Woerdens Nieuwsblad 8 juli 2011

Lantaarns scheef gezet
Oplossing bedacht voor erfenis van Hoofdweg

MARGO GERL1NG
WOERDEN/ZEGVELD - De nieuwe lantaarnpalen langs de Hoofdweg staan ten opzichte van elkaar opvallend scheef. De oorzaak is een erfenis uit het verleden. Het probleem verhelpen is veel te kostbaar, maar een andere oplossing lijkt voorhanden.
Kabels en leidingen die schots en scheef in de bodem liggen, zorgen voor een kolderiek tafereel langs de Zegveldse Hoofdweg. De gebogen palen langs de route tussen Woerden en Zegveld, die voor het eerst in Woerden geplaatst zijn, staan opmerkelijk ongelijk. „Het valt vooral overdag behoorlijk op langs het lange rechte stuk," geeft een gemeentewoordvoerder toe. Opschuiven naar de waterkant is geen optie, omdat het licht dan niet meer overal komt. Verplaatsen naar de overkant langs het fietspad kan ook al niet door ruimtegebrek, net als de kern van het probleem verhelpen geen optie is. „Dat kost tonnen," zegt Frank Boers van lantaarnpaalbeheerder CityTec, dat de palen heeft geplaatst. „We hebben veel last van ondergrondse belemmeringen uit het verleden," zegt hij. Die 'erfenis' verhelpen (door al deze kabels en leidingen te verleggen) is te kostbaar.
In een gesprek tussen de gemeente en de beheerder werd een oplossing bedacht: de lichtkoppen van de lantaarns zo verstellen dat deze wél gelijk komen te hangen. Ook het wegdeel van de bebouwde komgrens tot het dorpscentrum krijgt dit jaar nog dezelfde palen. Voor deze circa 25 palen moet netbeheerder Stedin nog één kilometer elektriciteitskabel aanleggen.

Bron: AD Woerden 2 juli 2011

1000 kinderen bij de Proefboerderij in Zegveld

Op maandag 21 en dinsdag 22 juni bezochten ruim 1000 kinderen uit de groepen 7 en 8 van de basisscholen uit Kamerik, Harmelen, Woerden en Zegveld de Proefboerderij in Zegveld.
Ze kregen daar allerlei informatie over het leven en werken op een boerderij.
Diverse agrarische vrijwilligers stelden zich beschikbaar om de kinderen rond te leiden en uitleg te geven. Het Rabo Dichtbijfonds zorgde ervoor dat de kinderen met bussen vervoerd konden worden naar Zegveld. Een mooi project waar wij als Rabobank nauw bij betrokken waren.
Meer weten over het Rabo Dichtbijfonds? Kijk op www.rv.rabobank.nl onder Rabo Dichtbijfonds.

Bron: Woerdens Nieuwsblad 1 juli 2011
Pin It