Zegveld/Woerden - De voormalige eigenaren van Buitenplaats De Blauwe Meije in Zegveld hebben een schadeclaim van enkele tonnen ingediend bij de gemeente Woerden. Die zou fout op fout hebben gemaakt waardoor het recreatiebedrijf financiële schade heeft geleden.
Rebecca de Boer en Juerd van der Burgt liggen al jaren overhoop met de gemeente Woerden, onder andere over een wijziging van het bestemmingsplan. De rechter oordeelde al in 2013 dat Woerden deze wijziging binnen 26 weken moest regelen. “Het duurde uiteindelijk vijf jaar”, verzucht De Boer. “Ze konden het gewoon niet.”
Ook kwam de benodigde vergunning maar niet binnen. Dit alles zorgde ervoor dat ondernemen voor het stel praktisch onmogelijk was. “Twaalf jaar lang zijn we tegengewerkt”, zegt ze. “Woest werd je ervan.” De Boer en Van der Burgt besloten in april van dit jaar te stoppen. Buitenplaats Blauwe Meije is inmiddels verkocht.
Enthousiast
Toen ze in 2010 hun plan met De Blauwe Meije voorlegde, waren college en raad nog enthousiast. Volgens De Boer gingen de handen de lucht in. “Het ging om kleinschalige recreatie langs de Meije, met een beeldentuin, galerie, terras en bed & breakfast. Dat zag men wel zitten.”
Het plan was duidelijk, “maar door fouten van ambtenaren van de afdeling ruimtelijke ordening en gemeentelijke juristen kwam de vergunning maar niet tot stand.” De Boer meent dat de gemeente de fouten had kunnen herstellen. “In de tussentijd hadden ze onze bedrijfsvoering kunnen gedogen, maar dat gebeurde niet.
Daardoor verkeerden de twee ondernemers in onzekerheid. Sluiting hing voortdurend in de lucht. “Wekelijks kwamen er handhavers langs om de locatie dicht te gooien, inclusief bed & breakfast, galerie en ons terras. Nou, dan kan je wel door de grond zakken hoor. Ik voelde me als een crimineel behandeld.”
Zware wissel
De Boer schat de geleden schade op meer dan 3 ton, onder meer voor alle juridische kosten en gemiste inkomsten (omdat het bedrijf dicht moest). Ook is er sprake van immateriële schade. “Het geheel aan fouten heeft een zware wissel op onze onderneming en privélevens getrokken.”
De gemeente wil de zaak afsluiten, maar gaat niet verder dan 25.000 euro. De Boer noemt dat absurd. “Het college neemt niet eens de moeite om inhoudelijk te reageren op onze brief. Schandalig!” Tijdens de laatste raadsvergadering wilde ze inspreken, maar dat werd haar niet toegestaan. “Daarom heb ik alle raadsleden nu een brief geschreven, met het verzoek om deze kwestie op een fatsoenlijke wijze op te lossen.”
Spelregels
Woordvoerder Gerold Borsboom van de gemeente Woerden laat weten dat er spelregels gelden voor inspraak. “Een raadsvergadering is niet bedoeld om je persoonlijke verhaal te vertellen. Dat heb ik me-vrouw De Boer ook uitgelegd in een telefoongesprek. Als ze hierover een gesprek wil, is dat mogelijk.” Over de claim kan Borsboom niets zeggen. “De zaak ligt nu bij onze advocaat. Daarom gaan wij er inhoudelijk niet op in.”
ZEGVELD - Ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan houdt de schilderclub van Welzijn Zegveld op vrijdag 30 september en zaterdag 1 oktober een expositie in de Meijezaal van de Milandhof.
Wethouder cultuur Jelmer Vierstra zal op de vrijdag om 10.30 uur de opening verrichten. Van alle cursisten worden schilderijen van de afgelopen tien jaar geëxposeerd. De werken bestaan uit houtskool tekeningen, acrylverf op doek of op papier, aquarel en pastelkrijt. De expositie is zowel op vrijdag als op zaterdag van 10.30 tot 16.00 uur te bezoeken.
René Cazander
Zegveld - Ter nagedachtenis van de bemanning van een op 21 februari 1944 in Zegveld gecrashte Amerikaanse bommenwerper richtte Wout Verweij een oorlogsmonument op. De 74-jarige voormalig autoschade-reparateur onderhoudt sinds de onthulling in 2015 dit zelf ontworpen en in elkaar gezette aandenken met liefde.
Bovendien eert hij elk jaar trouw samen met andere vrijwilligers uit het dorp, op 21 februari en op 4 mei, de tien gesneuvelde Amerikaanse militairen. Dat doet hij uit respect en belangeloos. Toch werd hij donderdag voor al zijn toewijding beloond met een hoge Amerikaanse onderscheiding: the Four Chaplains Appreciation Award, uitgereikt door de Chapel of the Four Chaplains.
Van deze onderscheiding worden er gemiddeld jaarlijks vijf in ons land uitgereikt aan inwoners die zich onbaatzuchtig inzetten voor 'menslievende daden’.
Een paar keer per jaar gaat Verweij naar zijn monument in een weiland aan de Molenweg om het gras te maaien, het vuil weg te halen en om te zien of het er nog goed bij ligt, vertelt hij. En dat vindt hij heel normaal. Net zo normaal als hij het vindt dat wij respect moeten hebben voor onze bevrijders. „Dank zij de hulp van de Amerikanen zijn wij er na de oorlog weer bovenop gekomen.”
Even terug naar het begin. 21 februari 1944 was voor Zegveld een pikzwarte dag. Het is dé datum waarop de grootste ramp van dit kleine Woerdense dorp plaats vond. De B-17, de San Antonio Rose, stortte rond 16.00 uur neer in een weiland aan de Molenweg. Twee bemanningsleden wisten op het laatste moment uit het toestel te springen. De andere acht kwamen om. Het gevechtsvliegtuig was net terug van een aanval op het Duitse Braunschweig waar oorlogstuig werd geproduceerd.
Zuurstofmasker
„De B-17 was op weg terug naar Engeland. In Duitsland was het al geraakt aan een motor. Boven Zegveld werd het door acht Duitse vliegtuigen uit de lucht geschoten. De twee overlevenden, Charles Barnthson en Barclay Glover, werden in eerste instantie geholpen door een boer. Die schakelde vervolgens dorpsdokter Arthur Roskott in.”
Kort daarna zijn beide Amerikaanse militairen door de Duitsers opgepakt en krijgsgevangen gemaakt. Over de crash en zijn bemanning heeft historicus en Woerdenaar Jeroen van der Kamp een boek geschreven.
Op de dag des onheils was Verweij nog niet geboren. Desondanks raakte hij in de ban van de crash. Want bij een monument en een jaarlijkse herdenking bleef het niet. In de afgelopen jaren heeft hij vele restanten van de B-17 uit de grond gehaald, zoals kogels, kogelhulzen, de overblijfselen van een zuurstof-masker en zelfs een deel van de motor van het vliegtuig.
„Ik vind dat mooi,” klinkt het meerdere keren wanneer hij de verslaggever enthousiast rondleidt door zijn schuur, waar alle gevonden spullen liggen. De ruimte heeft iets weg van een klein museum.
Rouwkaart
Daarnaast heeft Verweij al jaren contact met de nabestaanden., Elke keer als die overkomen en mij hun dankbaarheid tonen, krijg ik weer natte ogen,” bekent de Zegvelder. Dat de band met de familie van de overleden bemanning heel sterk is, blijkt uit een rouwkaartje dat hij onlangs thuis kreeg.
Dat betrof de 91-jarige zus van de overleden navigator van de San Antonius Rose. „Zij is een keer hier geweest. Toen ze op de plek stond waar haar broer is overleden, zei ze dat hij niet voor niets is gestorven. Mooier compliment kun je niet krijgen.”
Rik Sneijder
Woerden/Nieuwkoop - De voormalige eigenaren van buitenplaats De Blauwe Meije hebben een schadeclaim neergelegd bij de gemeente Woerden. Die heeft, volgens hen, teveel fouten gemaakt. Ook hekelen zij het, dat het hen verboden werd om in te spreken tijdens een raadsvergadering.
De schade die de voormalige uitbaters van De Blauwe Meije hebben geleden, moet in de tonnen lopen. Althans, dat schatten Rebecca de Boer en Juerd van der Burgt zelf in. Hoe hoog die claim precies is, willen ze in het midden laten.
„De claim gaat over, vermogens-schade, gemaakte juridische kosten en mindere inkomsten. Bovendien zou de gemeente hiervan moeten leren om een gezond en veilig ondernemersklimaat voor de recreatiebranche voor elkaar te krijgen. Daar is nu geen sprake van”, zegt De Boer.
Van der Burgt en De Boer hadden hun claim in een vergadering van de gemeenteraad als insprekers willen toelichten, omdat zij het vermoeden hebben dat niet alle raadsleden op de hoogte zijn van wat er gebeurd is met hun onderneming op de grens van Woerden en Nieuwkoop. Maar ze kregen daar geen toestemming voor en zeggen het gevoel te hebben dat de gemeente niet wil luisteren. „Transparantie is helemaal zoek. Wij hebben het recht om in te spreken omdat het niet alleen om ons gaat.”
Spelregels
De gemeente zegt spelregels te hebben om het woord te voeren in de gemeenteraad of een raadscommissie. Het is bijvoorbeeld niet toegestaan om in te spreken over zaken die de persoonlijke levenssfeer betreffen. Als het dus om louter individuele kwesties gaat, licht een woordvoerder van de gemeente toe. Dit zou zo’n kwestie zijn.
De Boer en Van der Burgt zijn aan het begin van dit jaar gestopt. Buitenplaats De Blauwe Meije is verkocht. Het duo heeft het recreatiebedrijf twaalf jaar gehad en in die periode diverse rechtbanken van binnen gezien. „Het ging van het begin af aan al om de vergunning. Ons plan met de Blauwe Meije is altijd duidelijk geweest, maar na een aantal fouten van gemeentelijke juristen en ambtenaren ruimtelijk ordening kwam die vergunning niet tot stand.”
Enkele tonnen schade
Het gemeentebestuur had in de ogen van de voormalige eigenaren de gemaakte fouten moeten herstellen en de bedrijfsvoering kunnen gedogen. „Dat is nooit gedaan. Tot drie keer toe werden wij ge-dwongen om te stoppen met ons terras, in 2013, 2015 en 2016. En steeds in het hoogseizoen, zodat wij aardig wat inkomsten misliepen”, zegt Van der Burgt. Hij schat de schade op enkele tonnen.
De Boer: „Het aantal fouten van de gemeente heeft een zware wissel getrokken op onze onderneming en privéleven. Er zijn bijvoorbeeld typefouten gemaakt in officiële stukken die enorme consequenties hebben gehad. Ook zijn gemaakte afspraken niet gepubliceerd, waardoor ze waardeloos werden en invloed hadden op onze bedrijfsvoering. Wij zijn inkomsten kwijtgeraakt, maar erger is nog de emotionele schade die wij hebben geleden.”
Stoppen
De belangrijkste reden om te stoppen is voornamelijk dat zij dichter bij hun kinderen willen gaan wonen en meer tijd aan hun jonge kleinkinderen willen besteden. Dat kan niet als je ver weg woont en een hele dag gewerkt hebt, zegt Juerd van den Burgt.
Een woordvoerder van de gemeente Woerden zegt dat de gemeente om de tafel wil gaan zitten met de voormalige eigenaren van het recreatiebedrijf om over de problemen te praten. Over de hoogte van de neergelegde schadeclaim wil de woordvoerder niets zeggen. Ook blijft nog onduidelijk of tot uitbetaling van die claim wordt overgegaan.
ZEGVELD - Dankzij de inzet van achttien vrijwilligers is Zegveld weer een stukje schoner. Zij haalden zaterdag tijdens de door Onderling Verzekerd georganiseerde opschoondag tien zakken vol zwerfvuil van straat.
De vrijwilligers, een mix van medewerkers van het verzekeringskantoor en inwoners van Zegveld, verzamelden zich ‘s morgens vroeg voor het kantoor van de verzekeraar aan de Middenweg in Zegveld. Arjan Noorthoek, wethouder van Zegveld, verraste de vrijwilligers met zijn komst. Hij had voor hen een slagroomtaart meegenomen.
Motivatie
Noorthoek nam ook zelf een grijper ter hand en ging met een vuilniszak de straat op. “Fijn dat ons initiatief zo wordt gewaardeerd vanuit de gemeente, dat geeft extra motivatie”, aldus Roselle Gruters van Onderling Verzekerd. “Het was sowieso makkelijk om deze dag te organiseren met de materialen die de gemeente Woerden beschikbaar heeft gesteld.”
Gruters nam het initiatief voor de opschoondag, samen met haar collega’s Madelon Wolmerstett en Karin Oelderik. De activiteit is het derde vrijwilligersinitiatief dat de verzekeraar dit jaar organiseert voor haar medewerkers. Onder de titel ‘Onderling met Elkaar’ neemt iedere medewerker een keer deel aan een maatschappelijke activiteit.
Vrij schoon
Aan het begin van de middag keerde iedereen terug bij het verzamelpunt. In totaal waren er ruim tien zakken met vuil geraapt. Het viel Gruters op dsft Zegveld al vrij schoon is. “We moesten echt ons best doen om zwerfvuil te vinden, dus dat is een compliment voor de Zegvelders.” Het plan is om de opschoondag ook volgend jaar te houden.
Simpel snufje zout als uitweg uit stikstofcrisis
Janet de Vos
De Meije - Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn: door magnesiumzout toe te voegen aan de mest, verbetert het gras en de gezondheid van de koe én daalt de emissie van stikstof van ammoniak significant. Als eersten in Zuid-Holland pasten Leon Koot (44) en Chantal Wansinck (46) uit de Meije deze uitvinding toe.
Een aantal koeien van Chantal en Leon kregen na het kalven de ‘melkziekte’: een soort zwangerschapsvergiftiging. „Iedere keer dat een koe moest kalven, was het spannend”, vertelt Chantal. Het bleek dat de koeien - hoewel zij magnesium in poedervorm kregen - een magnesiumtekort hadden. „In het Groene Hart zit veel kalium in de grond en dat verdringt de opname van magnesium. We hoorden dat magnesiumchloride een oplossing zou zijn.”
Chantal en Leon kwamen in contact met het Friese bedrijf FarMin dat magnesiumzout, gewonnen door Nedmag uit Veendam, aanbiedt aan de agrarische, medische en voedingsindustrie.
Op hun erf staat er nu een groot vat met daarin een soort olieachtige, superzoute en bittere substantie: het vloeibare magnesiumzout dat je bij de mest giet. „Dit is eigenlijk zeewater van 260 miljoen jaar oud. Dit voeg je toe aan de mest die je gaat uitrijden, daardoor gaat het gras beter groeien. Het is groener, steviger, gelijkmatiger en beter geworteld en bevat magnesium dat de koeien binnenkrijgen.
Daarnaast bleek er een interessante bijvangst: de uitstoot van stikstof van ammoniak daalt. Leon legt uit: „We voorkomen ammoniak door magnesiumchloride te binden met ammonium en fosfaat.
Hierdoor ontstaat er geen ammoniak. Je merkt dat in de praktijk aan een beter klimaat in de stal, minder geur, gezondere koeien, minder uitspoeling en als groot bijkomend voordeel: de emissie van stikstof daalt met 25 tot 40 procent.”
Hij vervolgt: „Het product is nog volop in ontwikkeling, maar de verwachting is dat het kan zorgen voor 80 procent reductie. Wij moeten hier in dit stuk van de Meije naar 70 procent, dus dit kan de oplossing zijn.” Zijn er dan geen nadelen? „Het enige nadeel is de onbekendheid. Het lijkt voor de overheid te simpel.”
Sceptisch
„Ik was eerst best sceptisch”, vult Chantal aan. „Maar al snel merkte ik dat de geur van de mest verdween. De mest bleef vers en er kwam geen korst op. Het is bovendien eenvoudig en betaalbaar - circa 1 euro per kuub mest - en je doet het in samenwerking met de natuur.”
Volgens Leon, die vlak bij een Natura2000-gebied zijn bedrijf heeft, kijkt de overheid te weinig naar dit soort oplossingen. „Daar kan ik me echt kwaad over maken. Het lijkt alsof de overheid een andere, planologische agenda heeft. Boeren zoals vroeger met veel kunstmest dat kan niet meer, maar er wordt zo slecht geluisterd naar alternatieven waardoor boeren niet uitgekocht hoeven worden.”
Hij wil daarom dat deze uitvinding de politiek bereikt. Onlangs nodigden Leon en Chantal de fractie van BBB Zuid-Holland uit. „De drie noordelijke provincies hebben magnesiumzout opgenomen als laaghangend fruit’ in de gebiedsgerichte aanpak. Ik wil dat de provincie Zuid-Holland ook dit reductiemiddel opneemt. Via Statenlid en buurman Jaco Kastelein en BBB probeer ik de politiek hierover te informeren.”
Verhaal
Ook aan collega-agrariërs vertellen ze hun verhaal. Chantal: „Wij zijn samen met een buurman als eersten in Zuid-Holland hiermee begonnen, inmiddels zijn er al zo'n veertig. Ook zij zijn enthousiast. Zelf hebben we sinds november geen koe meer met melkziekte gehad en we hebben de helft minder kunstmest hoeven te gebruiken. Voor ons is dit de oplossing.”
Deskundige: Charmant, maar geen wondermiddel.
Ir. Hendrik Jan van Dooren van de Wageningen Universiteit & Research doet onderzoek naar het verminderen van de uitstoot van ammoniak door magnesiumzout. Dit onderzoek wordt gedeeltelijk gefinancierd door het ministerie van LNV. „De werking van magnesiumzout is aangetoond in het lab en in pottenproeven.
Het is nu de vraag: werkt het ook in de praktijk? We onderzoeken dat tot eind van het jaar in twee kleine afdelingen met zestien koeien op Dairy Campus in Leeuwarden.
Het is nog te vroeg voor harde uitspraken, maar het lijkt erop dat de reductie van de ammoniakuitstoot door magnesium-zout ook onder praktijkomstandigheden werkt. Wel hebben we daarbij al geleerd dat je het vaak moet toedienen - dus liever elke dag een beetje dan alles in één keer.”
Makkelijk
Van Dooren: „Het charmante van het middel is dat het makkelijk en ook in bestaande stallen is toe te passen. De toepassing kan ook goed gecombineerd worden met andere reductiemaatregelen. Maar het is geen wondermiddel. Bij de huidige dosering is 15-20 procent reductie echt het maximale. Een reductie van 80 procent van de ammoniakemissie uit de stal haal je niet. Daarbij is de borging van de toediening ook een belangrijk aspect. Of magnesium bijdraagt aan de gezondheid van de koeien of beter gras, is wetenschappelijk nog niet onderbouwd.”
Zonnepanelen op basisschool De Miland
BODEGRAVEN - Basisschool De Miland heeft zonnepanelen gekregen. Wethouder Vierstra (Woerden) en wethouder de Vries (Bodegraven-Reeuwijk) kwamen de zonnepanelen officieel openen. Dit deden zij door samen met de jongste leerling en juf Daisy allemaal een kwart van de zon bij elkaar te brengen.
Zowiezon, een samenwerking van Eneco, heeft de school begeleid bij het realiseren van de panelen. Er liggen 56 zonnepanelen op het dak. Hiermee wekken we 18.300 kWh duurzame zonne-energie op. ‘s middags was het tijd voor de opening. De leerlingen van de middenbouw hadden 'elfjes’ (gedichtjes) gemaakt, de leerlingen van de bovenbouw hadden hele interessante ‘wist-je-datjes’ en de leerlingen van de onderbouw zongen een liedje. En dat allemaal over de zon natuurlijk. Wethouder De Vries vertelde dat in de tijd van de Grieken en Romeinen al gebruik werd gemaakt van zonne-energie en wethouder Vierstra ging met de leerlingen in gesprek over duurzame energie.
Het telen van lisdodde is een uitkomst, niet alleen om schoner water te krijgen en de bodemdaling tegen te gaan, de waterplant kan ook gebruikt worden als isolatiemateriaal in de bouw. De afzetmarkt is aanwezig, maar hoe moeten we lisdodde oogsten? Dat is een uitdaging.
Rik Sneijder
Groene Hart - Het drie jaar durende onderzoek ‘Veen Voer en Verder’ is net afgerond. Dit onderzoek werd gedaan door het Veenweide Innovatie Centrum in Zegveld, het Kennis Transfer Centrum (ook in Zegveld) en het Louis Bolk Instituut.
Jeroen Pijlman, onderzoeker van het Louis Bolk Instituut: „Je ziet dat bedrijven interesse tonen en geïnteresseerd zijn in het verhaal van de lisdodde. Maar om lisdodde te telen en te oogsten, dat vergt meer uitzoekwerk.”
Het is een kwestie van proberen, zegt Pijlman, en vervolgens bekijken of de teelt van lisdodde op grote schaal mogelijk is. Er zitten op dit moment nogal wat haken en ogen aan. Het is natuurlijk niet raar dat je tegen problemen aanloopt in zo’n onderzoeksfase. „Het heeft heel lang geduurd voordat wij in de gaten hadden hoe wij mais moesten telen. Nu zie je overal maisvelden in het land.”
De lisdodde is een veelvoorkomende oeverplant met donker-bruine ‘sigaren’. Deze plant gedijt het best in een voedselrijke, en dus stikstofrijke, omgeving. De plant kan zich onder gunstige omstandigheden door middel van zijn wortelstokken snel verspreiden. Het veenweidegebied is een ideaal oord voor de lisdodde en eventueel voor de productie van lisdodde.
Maar zover is het nog lang niet.
Het begint met het inzaaien of aanplanten van de ‘sigarenplant’. Het zaaien is verreweg het makkelijkst en het goedkoopst. Nadat de zaden ontkiemen luistert het nauw. Als de kiemen te diep onder water staan ‘verdrinken’ ze, maar met te weinig water hebben de kiemplantjes het ook moeilijk vanwege de concurrentie met andere planten. Het gaat vaak of heel goed of het mislukt faliekant.
Als de jonge planten er eenmaal zijn en gaan groeien, is er weinig meer aan de hand. Dat gaat goed, zegt Pijlman, Maar dan komt er een tijd dat de lisdodde geoogst moeten worden. Hoe moet dat dan? Even met een zware trekker het natte veld in, gaat niet. Tenzij de lisdoddeboer z’n trekker graag kwijt wil.
Het proefveld in Zegveld bleek nauwelijks te oogsten. Lisdodde vormt geen zoden zoals bij gras. „De draagkracht van de bodem was te slecht. Bij andere proefvelden in het land is het wel beter gegaan. Maar het probleem blijft dat met een rupsvoertuig de kans bestaat dat je het wortelsysteem beschadigd, waardoor er geen nieuwe planten meer opkomen.”
Handmatig oogsten
Pijlman: „Handmatig oogsten kan wel maar is economisch niet te doen. De bodem in Zegveld bestaat vooral uit veen. Maar er zijn ook veengebieden met meer klei in de bodem. Dat is iets om rekening mee te houden. Ook kun je kijken naar het droog laten vallen van een perceel zodat je de lisdodde wel machinaal kunt oogsten.”
Draagkracht
Pijlman coördineert de komende vier jaar het onderzoeksprogramma ‘natte teelten’ binnen het Veenweiden Innovatie Project Nederland. Het wordt een breder opgezet onderzoek naar natte teelten, dus niet alleen lisdodde maar ook de teelt van riet of het gewas miscanthus.
„We kunnen uiteindelijk tot de conclusie komen dat andere gewassen efficiënter te verbouwen zijn dan lisdodde”, zegt de onderzoeker. „Of dat blijkt dat lisdodde alleen haalbaar is op plekken in veenweidegebieden waar ook klei aawezig is en dus de draagkracht van de bodem steviger is.”
René Cazander
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden is gisteren begonnen met het repareren van de scheuren in de dijk bij Zegveld. Door de klei nat te houden, was het grootste gevaar al geweken.
Zegveld - Wie deze woensdagochtend ter hoogte van het pontje bij Zegveld de ongeveer 2,5 meter brede dijk langs de Grecht oploopt, wordt overvallen door de stilte en een prachtig en weids uitzicht over de zonovergoten weilanden. Niets wijst erop dat ons land desondanks al weken lijdt onder een grote droogte.
De grond boven op de dijk is immers zacht en prima om over te wandelen. Maar daar is een simpele verklaring voor: het waterschap heeft deze dijk de afgelopen dagen veelvuldig beregend om te voorkomen dat die het, net als een jaar eerder in Reeuwijk, zou begeven.
Her en der zie je wel een paar kleine droogscheuren zitten. Niks verontrustends, zo lijkt het. Ongeveer 1000 meter verderop zijn Bart Vermeulen en zijn collega Aart-Jan Raaphorst van CCW De Gier uit Montfoort druk aan het werk. Dit bedrijf, gespecialiseerd in grondwerk, is halsoverkop door het waterschap ingevlogen omdat de dijk langs de Grecht over een lengte van ongeveer 200 meter toch grote scheuren vertoonde. Die kwamen aan het licht tijdens een inspectie.
Vermeulen bedient een graafmachientje. Raaphorst bestuurt een karretje, waarmee hij verse klei aanvoert. Wanneer het wagentje leeg is, rijdt hij naar de boerderij aan het andere einde van de dijk. Hier staat een depot met dijkklei.
Graafmachine
Rond 11.30 uur heeft Vermeulen al vier grote scheuren dichtgemaakt, vertelt hij, terwijl hij uit zijn cabine van zijn graafmachine stapt Erg diep waren ze niet. Vervolgens gaat de Lopiker op zijn knieën zitten en schuift hij met zijn hand wat gras weg. Dan steekt hij zijn hand in een gleuf. „Als je het gras wegtrekt, zie je de scheuren.” Maar, voegt hij eraan toe, die zijn zeker kleiner en minder diep sinds het waterschap vanuit een boot op de Grecht de kleigrond heeft natgehouden.
Vermeulen graaft op de plekken waar de scheuren zitten de grond af. „Zo breek je de scheur. Ik ga niet verder dan de diepte van de scheur.” Hierna gooit hij de sleuf weer dicht met dezelfde grond en met nieuwe dijkklei. Hierna drukt hij de grond stevig aan door er met zijn graafmachientje overheen te rijden. Meer werk is het niet. „Het is een leuk klusje in dit mooie weer. Een die je maar een keer in de vijf of zes jaar krijgt.” Hij verwacht dat hij en zijn collega er drie dagen zoet mee zijn.
Witte verfstrepen op de palen langs het weiland, onderaan de dijk, geven aan waar de scheuren zitten en dus waar de droge grond moet worden afgegraven. Sommige sleuven zijn wel meer dan 10 meter lang. Toch benadrukken Vermeulen en Raaphorst dat er geen enkele reden is om bang te zijn dat het achterliggende weiland onder water komt te staan. „De dijk staat zeker niet op doorbreken.”
Per voet
Het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden beheert in totaal 60 kilometer droogtegevoelige dijken. Die liggen met name in het westelijke deel van de provincie. Op deze dijken liggen geen wegen en ze zijn alleen per voet te inspecteren, aldus een woordvoerder.
Het waterschap is half juli met de dijkinspecties begonnen. „In al die weken hebben we verbazingwekkend weinig verontrustends gevonden.” Hetzelfde geldt tot dusverre voor het Hoogheemraadschap van Rijnland. Dit houdt tijdens deze extreme en langdurige droogte zijn dijken ook goed in de gaten en ziet ondanks nog geen ‘aanwijzingen’ om de inspecties op te voeren.