Huizen Molenweg niet meer te redden

Ruud F. Witte

Drie woningen aan de Molenweg in Zegveld die al geruime tijd leeg staan, worden niet meer verhuurd. Ze zijn te slecht van kwaliteit. Corporaties Cazas Wonen denkt aan sloop en vervangende nieuwbouw.
De situatie van de drie huizen is aangekaart door Lijst van der Does die sowieso aandacht wil voor langdurige leegstand. Daarbij gaat het de partij om huizen die al langer dan zes maanden niet worden be-woond. Dat speelt onder andere op de Molenweg. Cazas heeft de gemeente gewezen op de slechte toestand van de woningen. Er is sprake van ‘extreme scheefstand’. De woningen zijn verzakt en vertonen veel scheurvorming. Cazas Wonen overlegt met het Dorpsplatform Zegveld en Zegveld Zorgt over wat er moet gebeuren. Mogelijk komt er later dit jaar duidelijkheid.
Boete
Utrecht heeft aangekondigd de woningnood in de stad te willen gaan aanpakken door eigenaren die een woning langdurig laten leeg staan, een boete op te leggen. Het gaat dan om woningen die langer dan zes maanden leeg staan. Lijst Van der Does zegt dat dit ook in Woerden speelt. Op vragen van de gemeenteraadsfractie zeggen b en w dat ze geen boetesysteem overwegen. Ze doen wel onderzoek naar langdurige leegstand. Zo zijn in het tweede kwartaal van dit jaar de eigenaren van woningen, waar niemand staat ingeschreven, per brief aangeschreven. Hierop zijn reacties binnengekomen van eigenaren over de stand van zaken en worden er ook gesprekken met ze gevoerd. Later dit jaar zal, aldus b en w, er een vervolgbrief worden verstuurd om de reden van leegstand beter in beeld te krijgen, met het doel dat de woningen uiteindelijk weer worden bewoond.

Bron: AD Woerden 31 augustus 2023

Vroeger namen alleen Meijenaren deel, nu iedereen

door Ad van den Herik

DE MEIJE - Tweehonderd lopers komen maandagavond 28 augustus in beweging tijdens de 56ste Meijeloop. Een evenement met een traditie, georganiseerd door de leden van Oranjevereniging De Meije. Het belooft weer een mooie loop te worden vanaf de Hollandse Boerderij.

Ben jij een stamper of een verende loper?

DE MEIJE - Één keer per jaar vormt de Hollandse Boerderij het epicentrum van de Meije. Dan klinkt op de laatste maandagavond van augustus rond 19.30 uur het startschot voor de Meijeloop. De knal brengt vanaf de kampeerboerderij rond de tweehonderd lopers in beweging voor een prestatieloop over 2,6,6 of 15 km. En dat al voor de 56e keer. Kees Bos en Angela de Jong-Bakker geven een kijkje achter de schermen.
 “Wat een gedoe met het aanmelden van die verkeersregelaars, zeg. Die moeten ieder jaar weer online een verkeersexamen doen," opent Kees Bos het gesprek. Hij is een van de leden van het Oranje- comité dat de jaarlijkse Meijeloop organiseert. Het is een evenement met een traditie. Wat heet, de loop staat al voor de 56e keer op het programma. Ook de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU) maakt melding van het evenement op 28 augustus.
ALLEEN MEIJENAREN
Kees geeft samen met Angela de Jong-Bakker een kijkje achter de schermen. Angela maakt weliswaar geen deel uit van het Oranjecomité, maar is zo'n beetje haar hele leven al betrokken bij de Meijeloop. Niet echt vreemd, want haar vader Willem Bakker stond in 1965 aan de basis van de eerste editie. Als organisator schoot hij de deelnemers niet alleen weg, bij de finish registreerde hij ook met het blote oog de eerste drie binnenkomers - een klok ontbrak nog. Zo ging dat in die tijd. "Vroeger werden de deelnemers met taxibusjes naar de driesprong bij de Blauwe Meije gebracht. Dan kwamen ze lopend terug en finishten hier," herinnert Angela zich. Het ging toen om een afstand van 4100 meter. Indertijd mochten daar alleen Meijenaren aan deelnemen. Nu mag iedereen een startnummer halen.
Na de 50e editie in 2014 droeg Willem op 80-jarige leeftijd het stokje over aan zijn opvolgers. Die borduren nog steeds voort op het vertrouwde concept, en met standvastigheid. Slechts drie maal moesten de organisatoren noodgedwongen een streep door de Meijeloop halen: één keer vanwege dreigend onweer en in 2020 en 2021 vanwege corona.
VOLKSSPELEN EN ZESKAMP
De Meijeloop geldt trouwens als overblijfsel van de Volksspelen die na de Tweede Wereldoorlog jaren achtereen plaatsvonden aan de voet van Piet Potlood, de watertoren in het buurtschap dat zich door de polder slingert. Na verloop van tijd gingen de volksspelen over in een zeskamp. En toen daar een einde aan kwam, resteerde alleen het hardlooponderdeel. Midden jaren 70 gold het boerenpad achter de Hollandse Boerderij als decor van de hardloopwedstrijd. Daar liepen de deelnemers drie rondjes en hadden er aan de meet dan 6 kilometer op zitten.
STAMPER
Vanaf de jaren 90 prijken er drie afstanden op het programma, alle met kampeerboerderij de Hollandse Boerderij als start en finish.
Kinderen lopen de longen uit hun lijf op de 2 kilometer en volwassenen springen in de loopschoenen voor de 6,6 of 15 kilometer. Kees zette zichzelf twee of drie keer op de deelnemerslijst, maar de 66-jarige schiet geen looptenue meer aan. "Mijn knieën vinden het niet leuk. Ik ben een stamper en geen verende loper," verontschuldigt hij zich. Angela nestelde zich ook twee keer onder de circa tweehonderd deelnemers. "Ik zeg niet dat het voor mij de laatste keer was," glundert de uitbater van de kampeerboerderij.
UITSCHIETER
Angela en Kees klinken eenstemmig als het gaat om de omvang van het jaarlijks terugkerende loopfestijn. De schaal moet voor vrijwilligers behapbaar blijven. "Als het groter wordt, krijg je met allerlei verplichtingen te maken en moet je met professionals gaan werken," weet Kees. Nu kunnen ze nog zonder vergunning af. Angela valt hem bij: "Het moet niet te groot worden, daar zitten we niet op te wachten." Wat het duo betreft blijft het bij die ene uitschieter van 230 deelnemers van een paar jaar geleden.
GENIETEN
Het blijft ongewis hoeveel lopers zich straks op de meanderende weg tussen de lintbebouwing begeven, omdat het Oranjecomité niet werkt met voorinschrijving. Pas drie kwartier voor aanvang gaat het inschrijfloket open en krijgen de deelnemers na betaling een startnummer. Voor de snelste Meijenaren ligt er - zowel bij de dames als de heren - bij de eindstreep een medaille klaar. Dat geldt ook voor de nummers 1, 2 en 3 die van 'buiten' komen.
Wanneer het evenement geslaagd is? Daar zijn de twee het hardgrondig over eens: "Als het mooi weer is en je ziet iedereen binnenkomen, genieten en er geen ongelukken gebeuren."

Bron: Kijk op Bodegraven-Reeuwijk 18 augustus 2023

'De eerste dag werkten we 12 uur lang’
Henk en zoon Michel hielpen gestrande vakantiegangers

Florine Nesselaar
Zegveld - Pure wanhoop bij honderden toeristen bij het Gardameer vanwege hun door reusachtige hagelstenen verwoeste auto’s. Maar gelukkig waren daar monteurs Henk (59) en Michel (24) Meinders uit Zegveld. Vader en zoon reisden samen af om gestrande vakantiegangers weer op weg te helpen. „Ze stonden huilend naast de auto.”
Een ontspannen vader-zoonvakantie was het tripje naar Italië niet. Nee, ze vertrokken uit pure noodzaak naar het Gardameer, waar vakantiegangers plots werden belaagd door gigantische hagelstenen. Die zomerse hagelbuien hebben zoveel schade aan auto’s veroorzaakt, dat honderden toeristen geen meter meer konden rijden.
De ANWB stuurde hulpverleners Henk en Michel naar het Gardameer. Een bijzondere werktrip voor vader en zoon, die met hun kunde de wanhopige gezichten van vakantiegangers veranderden in gezichten waarop de tranen van blijdschap over de wangen biggelden. „Mijn manager vroeg mij of ik naar Italië wilde gaan”, blikt Michel terug. „Dat leek me wel wat. Mijn vader ook. Woensdag maakten we de afspraak, vrijdagochtend vroeg zijn we vertrokken.”
Henk in zijn camper, Michel in een bus vol nieuwe ruiten en auto-materialen er achteraan. Hoewel het tweetal allebei werkzaam is bij de ANWB, werken ze normaliter gescheiden. Vader Henk zit bij de Wegenwacht, Michel staat in de werkplaats in Den Haag. Maar in Italië gingen ze samen aan de slag.
Bij aankomst schrokken ze van de situatie. Het tweetal zag voetbalvelden vol met zwaar beschadigde auto’s. „Echt, wat een hagelsteen al niet kan slopen”, zegt Henk. „Er waren hagelstenen zo groot als golfballen, maar er waren ook enorme plakkaten. Die slaan niet alleen in, maar scheuren ook alles op. Koplampen, autoruiten, spiegels, daken.” Michel: „Pak een baksteen, gooi ’m ergens tegenaan en dan heb je hetzelfde effect. Alles was kapot.”
De hectiek op de camping was groot, vertelt Michel. „Mensen kwamen aanrijden met de noodkreet: help ons. Al snel wisten ze dat wij er waren, ze kwamen zelfs bij ons aan de deur van de camper. De eerste dag werkten we twaalf uur achter elkaar, ’s Avonds hadden we echt geen puf meer. Als we niet uitkeken, waren we 24 uur aan het werk. ‘Nee’ zeggen is zo lastig in zo’n situatie.”
Zoveel mensen
Vader Henk: „Het was niet makkelijk. Je kunt maar één persoon tegelijk helpen, en zoveel mensen hadden hulp nodig. Het greep mij enorm aan toen de mensen huilend naast de auto stonden, omdat ze weer naar huis konden. Het waren tranen van blijdschap, ze waren dolblij. Dat klapte er wel in. En ik ben heel wat gewend, want in het dagelijks leven help ik elke dag mensen op weg. Maar dit was echt van een andere orde”, zegt de monteur. „Het ging eigenlijk helemaal niet om die ene ruit, maar om de mensen. Eigenlijk is het puur mensenwerk.”
Vader en zoon werkten nauw samen. „Ik heb twee weken lang van alles geleerd van mijn vader. Vooral over het vervangen van ruiten”, vertelt Michel. „Zeker in deze hectische situatie was het fijn om met mijn vader op te trekken. We hebben geen mot gehad”, zegt de twintiger met een knipoog, Alleen gezonde discussies.’”
En of vader ook nog iets van zijn zoon heeft geleerd? „Ja, de rust bewaren. Michel is altijd rustig, hij kan de auto’s met rust bekijken en demonteren. Ik wil altijd rammen en doorgaan. Ik probeer dat geduld al jaren van Michel te leren.’
Op de vraag of het tweetal uit Zegveld opnieuw zou afreizen als noodhulpteam, hoeven ze beiden geen seconde na te denken, Ja, klinkt het vastberaden. „We zeiden al tegen elkaar: als iemand zorgt voor de hagelbui, gaan we er zo weer samen naartoe”, zegt Henk. „Dat klinkt wat cru.” Michel: „Maar zonder dollen. Mocht zich weer een noodsituatie voordoen, zouden wij zo weer samen die reis maken. Het is dankbaar werk. We hebben ontzettend veel mensen geholpen.”

BonL AD Woerden 11 augustus 2023

Schapen houden gras voetbalveld Siveo ‘60 kort

ZEGVELD - Bij voetbalclub Siveo ’60 in Zegveld wordt het gras kort gehouden door Drentse heideschapen. In juli en augustus grazen 19 schapen op het veld.
Niet alleen houden zij het gras kort, ze voorkomen ook dat onkruid, zoals weegbree en paardenbloemen, het veld gaat overwoekeren. Het gaat om een pilot van de gemeente Woerden. Vanaf 2025 verboden is om met chemische middelen onkruid te bestrijden. De inzet van schapen zou een natuurvriendelijk alternatief kunnen zijn.
Bevalt goed
Gemeentelijk sportveldbeheerder Martin van Vliet is enthousiast over de eerste weken waarin de schapen actief zijn. “Het bevalt goed en we denken erover om ze volgend jaar op meerdere velden in een groter park in de gemeente in te zetten”, zo laat hij weten in een interview met vakblad Fieldmanagerweten.
Er is bewust gekozen voor het veld in Zegveld. Dit omdat daar voldoende toezicht is, geen hangjeugd aanwezig is en het veld goed af te sluiten is. “Met name dat laatste is belangrijk, zodat er geen schapen op de weg kunnen belanden.” Voorafgaand aan de pilot is overlegd met de vereniging die het initiatief volledig steunt.
Van Vliet laat weten dat voor het begin van het seizoen het veld nog een keer gesleept en gemaaid zal worden, zodat eventueel achtergebleven schapenkeutels de voetballers niet dwars zullen zitten.

Bron: Het Kontakt 10 augustus 2023

Schapen maaien het gras van Siveo

Rik Sneijder
Zegveld - Het is druk op het tweede veld van Siveo ‘60 in Zegveld. Niet met voetballers, maar met schapen. Schapenhoudster Noelle zorgt er voor dat de amateurs van Zegveld straks in thuiswedstrijden op een perfecte grasmat spelen.
Het idee om het gras van het voetbalveld op biologisch verantwoorde wijze te maaien komt van Martin van Vliet. Hij is in dienst van de gemeente Woerden en gaat over het sportveldenbeheer in de gemeente en dus ook over het beheer van de velden van Siveo '60.
„De schapen vreten vooral het onkruid, zoals weegbree en paardenbloemen, tussen het gras weg. Daar zijn ze gek op. Bovendien houden ze het gras precies op de goede lengte”, vertelt Van Vliet, die lang geleden zag hoe amateurclubs in de regio wel vaker schapen inzetten op de voetbalvelden. Het is voor hem nostalgie.
Maar het blijft niet bij nostalgische ideeën over hoe in lang vervlogen tijden de velden werden bijgehouden. Het is anno 2023 bittere noodzaak. Vanaf 2025 mag het onkruid op de sportvelden namelijk niet meer chemisch bestreden worden. Toen kwam het idee bij hem op om schapen te gebruiken voor deze belangwekkende klus, stelt Van Vliet.
„Ons tweede veld gold als een mooie stek om een pilot op te zetten. Het veld is namelijk mooi afgebakend door sloten en er zijn voldoende bosschages voor de schapen om van de schaduw te genieten”, zegt voorzitter Eric van den Hoeven. „Mijn achterburen in De Meije hebben een schapenhouderij en ik heb hen gevraagd of zij ons uit de brand konden helpen. Gelukkig kon dat.”
Grapje
De familie Haring uit de Zegveldse Meije moest in eerste instantie lachen om het verzoek van Van den Hoeven. „Ik dacht dat hij een grapje maakte”, zegt Noelle Haring van wie de achttien schapen op het tweede veld zijn. „Maar ik vond het meteen leuk om mee te werken. Om de dag ga ik even kijken hoe het met de schapen gaat en of er genoeg water in de drinkbakken zit.” De schapen van Noelle blijven nog een paar weken. Ongeveer twee weken voordat het voetbalseizoen begint, gaan de grazers terug naar De Meije en zit hun taak er op.
Waar in veel stadions van profclubs angstvallig naar de kwaliteit van de grasmat wordt gekeken en iedereen die er te lang naar wijst boosaardig wordt weggestuurd, gaat het er bij amateurverenigingen heel anders aan toe. Van Vliet: „Op deze velden worden in een weekend wel vier of vijf wedstrijden gespeeld. Het gras moet daarom sterk zijn en diep geworteld.”
Maar maken de schapen er dan geen knollenveld van? „Schapen zijn redelijk licht en hebben dunne poten. Een mooie bijkomstigheid is dat de schapenpoten zorgen voor een goede beluchting van de gras- mat. Een week voordat het speel-seizoen begint, wordt het veld schoongemaakt, ontdaan van keutels en elektrisch gemaaid. Dan ligt het tweede veld er weer als een biljartlaken bij.”
Kleine kudde
Tot nu toe zijn Noelle Haring, Van Vliet en de voetbalclub tevreden over de inzet van de wollige grazers. Het gaat vooralsnog om een proef. Van Vliet weet nog niet of deze Drentse heideschapen ook andere voetbalvelden kunnen begrazen. „De inzet van schapen moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Een belangrijke is dat het veld wel goed af te sluiten moet zijn. Hier kan dat toevallig heel goed.”
Noelle loopt nog even naar de kleine kudde vlak bij de dug-out van veld twee van Siveo. De dieren herkennen haar en komen Noelle al tegemoet. De wolletjes lijken het uitstekend naar de zin te hebben;  voldoende onkruid en gras, lekker vers water en genoeg beschutting van bomen tegen regen, wind en zon.

Bron: AD Woerden 9 augustus 2023

‘Water is hét thema om in het oog te houden’
Hoe ziet boeren er over 10 jaar uit?

Harrie van Opstal
Zegveld - Hier een boer die een gewone melkveehouderij heeft. Daar een collega die minder koeien heeft lopen, maar ook water bergt en zuivert. En daar een boer die ook natuurlijke bouwmaterialen produceert. En verderop eentje die dat alles combineert.
Het boerenbedrijf van de toekomst in het veenweidegebied van het Groene Hart kon er weleens heel anders uit gaan zien. Het Veenweiden Innovatiecentrum (VIC), gevestigd naast de vroegere proef- boerderij in Zegveld, ontwikkelt daarvoor in de komende vier jaar een reeks bedrijfsmodellen. En, ook nieuw, bij al die bedrijfsmodellen zitten twee extra hoofdstukken: hoe dat betaald gaat worden en hoe de wetgeving er dan moet uitzien.
Catalogus
VIC-directeur Tim Selders werkt met zijn team aan wat een catalogus moet worden van verschillende soorten agrarische bedrijven. Tot nu toe verzamelde en testte het VIC vooral de verschillende innovaties op zich. Zo test het bedrijf samen met de proefboerderij Jersey-koeien als mogelijk alternatief voor boerderijen met een hoger waterpeil. Maar ook is er een veld met olifantengras en eentje met lisdodden. Al die alternatieve componenten zouden goed kunnen passen in het oor ‘lastige’ veenweidegebied.
„Maar daarmee maken we niet een blauwdruk van wat dan het ideale boerenbedrijf van de toekomst zou moeten zijn”, verklaart Selders „Dat mogen de beleidsbepalers, zoals provincies en waterschappen, uiteindelijk gaan beslissen. Er móet ook niet één ding, als het aan ons als VIC ligt. Wij creëren alleen de diverse mogelijkheden en integreren die met elkaar.”
Waar in eerdere innovatieprogramma’s onder leiding van vorig VIC-directeur Frank Lenssinck vooral de afzonderlijke mogelijkheden werden ontwikkeld, wil Selders nu complete bedrijfsmodellen in elkaar zetten. „En dat zijn dan niet de kortetermijnoplossingen voor vandaag, morgen of overmorgen, maar voor over een jaar of zes, zeven. Heel interessant voor de komende generatie boeren dus. Met die 17- en 18-jarigen zijn we ook in gesprek.” Het komende innovatie-programma 2024-28 is in oktober of november klaar, verwacht Selders.
Belangrijk, want als vernieuwingen ter sprake komen, is bij veel boeren de eerste reactie: ‘Interessant, maar hóe dan?’ Selders: „Begrijpelijk, want het moet bedrijfseconomisch allemaal wel kunnen. Afhankelijk van de plek en de grond waar je zit, zijn er ook weer verschillende mogelijkheden. Het kan heel goed zijn dat op de ene plek in het Groene Hart een gangbaar melkveebedrijf kan draaien. En dat op een andere plek juist een extensief bedrijf met minder vee, maar met daarbij goedbetaalde CO2-compensatie, betere economische kansen heeft.”
Keuze
Het is dan ook niet aan hem om te vinden dat overal in het Groene Hart het waterpeil omhoog moet of iedereen met weidevogelbeheer in de weer moet, onderstreept Selders. Zo’n vorm kan voor sommige bedrijven logisch zijn maar het is beslist niet de enige oplossing, legt hij uit. „Het is maar net hoe een bepaald gebied in elkaar zit. Met het nieuwe innovatieprogramma krijgen toekomstige boeren de keuze. En het kan heel goed zijn dat daar allerlei mengvormen uit rollen.”
Wel vindt de VIC-directeur het voor alle agrariërs in het Groene Hart belangrijk om één thema in het oog te houden: „Water. Ik denk dat we in Nederland nog niet heel goed door hebben dat we daar een probleem mee hebben. Er is te veel van, te weinig, op de verkeerde plek, het is vervuild, het is zout, ga zo maar door. Als VIC ontwikkelen we, onder andere, mogelijkheden voor boeren om als ondernemer een rol te kunnen spelen in die waterproblematiek.”

Bron: AD Woerden 8 augustus 2023

Schapen op tweede veld van Siveo’60

Harrie van Opstal
Zegveld - Een koppeltje schapen in het strafschopgebied. Dat bijzondere tafereel is te zien bij voetbalclub Siveo’60 in Zegveld. 
Het is een initiatief van de gemeente Woerden. Vanaf 2025 is het verboden om onkruid met chemische middelen te strijden. Enkele gemeenteambtenaren bedachten daarop een natuurvriendelijk alternatief om het groen te beheren.
De Drentse heideschapen zorgen ervoor dat niet alleen het gras goed kort wordt gehouden. Ook maken zij korte metten met onkruiden als weegbree en paardenbloem. Een woordvoerder van Siveo’60 vertelt dat veld 2 op sportpark De Beemd een goede proeftuin zou zijn. Er liggen sloten omheen en er is dankzij bosschages schaduw.
Siveo’60 had in de persoon van Dirk Haring al snel een enthousiaste schapenhouder gevonden om negentien schapen te laten grazen in de maanden juli en augustus. De voetballers hoeven overigens niet bang te zijn dat zij straks bij een sliding onder de schapenpoep zitten. Gemeentelijk woordvoerder Van Vliet verklaart tegenover het vakblad Fieldmanager dat eerst het gras nog wordt gesleept en gemaaid voordat het 'eerste fluitsignaal van het nieuwe seizoen klinkt.

Bron: AD Woerden 7 augustus 2023

Boer mag eindelijk windmolen plaatsen

René Cazander

Bodegraven-Reeuwijk - Hugo Spruit heeft er vierenhalf jaar op moeten wachten, maar eindelijk mag hij een kleine windmolen op zijn boerenerf zetten. Van de gemeente Bodegraven heeft de Zegveldse melkveehouder groen licht gekregen.

Hugo Spruit wil zoveel mogelijk fossielvrij boeren. Duurzaamheid staat bij hem hoog in het vaandel. Zo werkt hij onder meer met een elektrische shovel.
De 40-jarige Zegvelder heeft al zonnepanelen liggen om zo veel mogelijk zelf stroom op te wekken. Omdat niet elke dag de zon schijnt, wil hij ook al geruime tijd een kleine windmolen op zijn erf achter de boerderij aan de Hazekade neerzetten. Net als zijn broer Koen. De praktijk blijkt weerbarstiger.
Koen heeft het ‘geluk’ dat zijn boerderij aan de Dwarsweg in Zegveld in buurgemeente Woerden staat. Dus kon bij hem eind 2000 de vlag al uit. Woerden maakte toen al de plaatsing van boerenmolens tot een ashoogte van 15 meter voor eigen gebruik, onder bepaalde voorwaarden, mogelijk.

Hugo is - letterlijk - een grensgeval. Hij heeft de ‘pech’ dat zijn woonhuis en voorste deel van de stal op Woerdense grond staat, terwijl het erf achter de boerderij in Bodegraven ligt.
Deze gemeente had toen nog niet uitgewerkt of en, zo ja, onder welke voorwaarden zij windmolens bij agrarische bedrijven toestaat.
Ergernis
Dit tot ergernis van de aanvrager. „De gemeente wil in 2035 energieneutraal zijn. Waarom het zo lang duurt voordat je toestemming krijgt om een windmolentje te plaatsen, begrijp ik niet. Het is om te huilen. Waarom doen ze zo moeilijk? Ze hadden naar Woerden kunnen kijken en dat beleid kunnen overnemen.”
Vorig jaar heeft Bodegraven-Reeuwijk ingestemd met de komst van kleine windmolens. Onder voorwaarden. Zo mag de opgewekte energie alleen voor eigen gebruik zijn, mag de tiphoogte van maximaal 25 meter zijn en mag het gevaarte niet binnen 80 meter van woningen van derden staan.
Bodegraven-Reeuwijk schaart zich, in navolging van buurgemeente Woerden, in het steeds langer wordende rijtje gemeenten die inspelen op de groeiende behoefte van boeren om in hun eigen energiebehoeften te voorzien.
Een ontwikkeling die LTO toejuicht. „Boerderijmolens hebben juist veel draagvlak en ontlasten het overbezette elektriciteitsnet. Alle overheden zouden zich moeten inspannen om de plaatsing mogelijk te maken”, vindt de belangenorganisatie.
De gemeente Alphen is nog niet zover. Ze wil windmolens op eigen terrein toestaan, maar onder voorwaarden. Die worden de komende maanden verder uitgewerkt.
Terug naar de blije Hugo Spruit Zijn boerderijmolen krijgt een tip hoogte van 21,6 meter. „Ik verwacht zelfs nog wat energie terug te leveren aan het net”, zegt hij enthosiast.
Subsidie
Omdat het beleid van Bodegraven lang op zich liet wachten, dreigde de Zegveldse melkveehouder de subsidie kwijt te raken die hij er voor van de provincie had gehad.
Gelukkig kreeg hij een half jaar uitstel. Zijn molentje moet er uiterlijk eind september staan. Dat moet lukken, schat hij in.
Bodegraven-Reeuwijk laat in een reactie weten dat ze ‘als Groene Hart-gemeente de taak heeft zorgvuldig om te gaan met de kwaliteit van het buitengebied.’ „Dit houdt onder andere in dat wij niet zomaar gebiedsvreemde bouwwerken, zoals windmolens, toestaan in waardevol agrarisch landschap. Tegelijkertijd helpen wij boeren natuurlijk graag met het verduurzamen van hun bedrijf. Dit dilemma vraagt om beleid waarbij de verschillende belangen goed worden afgewogen. Dit kost tijd”, aldus een woordvoerder.

Bron: AD Woerden 3 augustus 2023
Pin It